100 jaar geleden, op 3 januari 1918, richtte wijnhandelaar Jacobus Boelen samen met onder andere kunstcriticus Jan Veth de Vereniging op om zo de sloop van beeldbepalende huizen tegen te gaan.
De huizen werden aangekocht en vervolgens verhuurd. En nog steeds verwerft de vereniging panden om deze vervolgens te restaureren. Gebouwen die door ‘Hendrick de Keyser’ onder haar hoede worden genomen, voldoen aan strenge eisen. Het zijn sprekende voorbeelden van de architectuur of de wooncultuur van een bepaalde periode. De geschiedenis is niet alleen van buiten afleesbaar, maar ook van binnen. Veel aandacht gaat daarom uit naar de bouwhistorische constructies en de kwaliteit van het interieur. In dit jubileumjaar opent ‘Hendrick de Keyser’ zes van de meest karakteristieke woonhuizen uit haar bezit. Ieder Museumhuis illustreert een kenmerkende fase in de ontwikkeling van het woonhuis. Samen geven ze dan ook een beeld hoe er van de 17de tot en met de 20ste eeuw gewoond werd in Nederland.