• Pieterjan Grasmaijer. Olieverf op doek, 70 x 80 cm (zonder lijst), gesigneerd: PJ 08-2015 – 01-2017.
• Pieterjan Grasmaijer. Aquarel, gesigneerd: PJ’76.
• Pieterjan Grasmaijer. Potlood en aquarel, letterhoogte circa 13,5 cm, gesigneerd: PJ 2017.
• Pieterjan Grasmaijer (circa 1975). Potlood en aquarel.

Surrealisme en Jheronimus Bosch

De fantastische wereld van Pieterjan Grasmaijer

Jos Koldeweij

De een treedt met zijn of haar werk zo vaak mogelijk naar buiten. De ander is terughoudend, maar toont toch wat gecreëerd is. Schilder en tekenaar Pieterjan Grasmaijer behoort tot een derde groep: hij werkte nagenoeg volledig in het verborgene een leven lang aan een nauwelijks gezien oeuvre. Dit jaar wordt zijn werk aan het licht gebracht door het Jheronimus Bosch Art Center met een overzichtstentoonstelling en monografie. 

Het laatste schilderij dat Pieterjan Grasmaijer (1950-2017) maakte, noemde hij Danse Macabre (The Last Tango) en beschouwde het tegelijk als een ode aan Jheronimus Bosch. Middenboven in de overvolle compositie plaatste hij in grijstinten de beeltenis van de laatmiddeleeuwse schilder en gaf hem een felrood penseel in handen. Het is als het ware niet Grasmaijer maar Bosch die dit spektakelschilderij maakte. De beeltenis van Bosch is gebaseerd op het bekende apocriefe portret van de schilder in een portrettenverzameling van omstreeks 1550, het Recueil d’Arras. Eromheen schilderde Grasmaijer de gedachtespinsels die zijns inziens als spookbeelden in het hoofd van Bosch ronddwarrelden. Intrigerend is de ontwerpfase van het hele schilderij, die in de nalatenschap van Grasmaijer bewaard bleef. Op exact ware grootte van het schilderij ordende de kunstenaar als voorstudie twintig minutieus getekende en uitgeknipte details binnen het formaat 70 bij 80 cm. Vervolgens reeg hij met zijn karakteristieke harde potlood al deze losse onderdelen aaneen en voegde nog extra details toe. Dit fragiele plakwerk geeft hiermee inzicht in de werkwijze van Grasmaijer, die vrijwel al zijn schilderijen op deze manier voorbereidde.

Wat we zien op deze ‘Danse macabre’ is inderdaad een macabere dood die uitgelaten danst met een dame, te midden van bizarre en deels scabreuze beelden. Het is de fantasiewereld van Grasmaijer, die door hem ook in zijn overige oeuvre keer op keer zichtbaar is gemaakt. Tegelijk geeft de schilder hier heel expliciet aan dat zijn inspiratie niet uit het niets komt, maar voortbouwt op eerder gecreëerde of opgeroepen beelden: die van Jheronimus Bosch als belangrijkste voor hem. Rechtsonder herkennen we de ook laatmiddeleeuwse dichter en schrijver van de ‘Divina Commedia’, Dante Alighieri. Het danspaar tekende en schilderde hij naar voorbeeld van een strooifolder voor een tangodansvoorstelling. En zo kunnen we verder zoeken en proberen te herleiden waar details vandaan komen, direct of vanuit een sterk visueel geheugen opnieuw verbeeld, of vanuit het niets, vanuit het creatieve brein van de kunstenaar. Een wat oudere met aquarel ingekleurde tekening doet onmiskenbaar denken aan de Belgische surrealist René Magritte en een blad uit 1986 benadrukt opnieuw dat inspiratie ook voortkomt uit het werk van grote voorbeelden.

• Pieterjan Grasmaijer, opengeslagen schetsboek met tekeningen naar levend naaktmodel, potlood, jaren negentig.

Grafisch geschoold
Pieterjan Grasmaijer, geboren en getogen in Utrecht, studeerde in 1972 af aan de Gerrit Rietveld Academie in Amsterdam, afdeling Grafische Vormgeving met als specialisatie grafisch ontwerpen. Twee docenten daar, bij wie hij overigens nooit lessen volgde, werden van groot belang voor hem als beeldend kunstenaar: Melle Oldeboerrigter en Herman Gordijn. Grasmaijer koos na zijn academietijd niet voor het vrije kunstenaarschap, maar gaf de voorkeur aan de zekerheid van een vaste baan. In het Studium Generale van de Rietveld op 10 december 1980 blikt hij als een van de dan optredende oud-
studenten terug op zijn opleiding en wat daarna volgde: ‘Ik ben werktekenaar op een reklameburo in Utrecht. Daardoor ben ik me meer gaan interesseren voor de ambachtelijke kanten van het vak. Ik vind dat die op de academie (voor wat betreft grafisch ontwerpen) te weinig aan bod komen. Naar mijn mening kan de academie niet alleen voor de ontwerper maar ook voor de werktekenaar, of meer in algemene zin de ambachts man een zeer belangrijke opleiding zijn. Verder illustreer ik kinderboeken op freelance basis. Hierbij is voor mij niet het vinden van opdrachten het grootste probleem (hoewel ik dit part-time doe en dus niet zo erg veel werk kan aannemen). Wél een probleem is de honorering, die is vrij slecht te noemen. Het lijkt mij dan ook noodzakelijk dat ook dit soort problemen op de academie behandeld worden zodat je na het eindexamen al een beeld hebt hoe je in de praktijk om financiële redenen concessies moet doen en dan is het erg belangrijk dat jezelf weet op welk punt je dat wél en op welk punt je dat niet wil doen.’

Samen met zijn Utrechtse en academievriend, de tekenaar Tom Eyzenbach, richtte Pieterjan Grasmaijer begin jaren zeventig een modeltekenclub op met wekelijkse avondsessies. Beiden zijn ervan overtuigd dat met regelmaat tekenen naar levend model essentieel is voor de vorming en ontwikkeling van een teken- en schildershand. Tientallen schetsboeken en honderden tekeningen van Grasmaijer bleven bewaard en getuigen van zijn aanpak: nooit schetsend en zoekend, maar trefzekere, strakke lijnen gezet met een keihard en scherp geslepen potlood. Zo ging hij ook in de avonduren en de vrije weekeinden te werk als hij voor zichzelf tekende, en ook na zijn vervroegde pensionering in 2010 toen hij zich volledig op het schilderen en tekenen toelegde.

• Pieterjan Grasmaijer ‘APOCALYPSEN’, potlood, gesigneerd: P.J. MEI 2017.

Oude kunstenaarstraditie 
De beeldwereld van Pieterjan Grasmaijer is, naast het realisme van het modeltekenen, het best surrealistisch te noemen. Hij schildert en tekent niet bestaande en onbestaanbare figuren en situaties. Bijna steeds zijn deze, zelfs als het gaat om geïsoleerde creaturen en mensen, verhalend van inslag: er gebeurt iets. Zelf zegt hij daar overigens over dat zijn voorstellingen niets betekenen, de beschouwer moet maar bedenken wat hij erin ziet. Het schilderij met de beeltenis van Jheronimus Bosch gaat, zoals we zagen, over inspiratie, maar tegelijk wordt een raadsel opgeroepen door de neerdwarrelende letters op papier. Voor de schilder zal duidelijk zijn geweest voor welke woorden deze letters staan, voor ons is het abracadabra en in de ontwerptekening stond er iets anders wat even onbegrijpelijk is.

Letters en tekst waren belangrijk voor de als graficus opgeleide Grasmaijer. Niet toevallig is dan ook dat hij in zijn laatste levensjaar – 2017, hij wist dat zijn einde onontkoombaar naderde – daar nog sterker mee bezig geweest lijkt te zijn dan eerder. In een fijn gedetailleerde en wat lugubere potloodtekening stelt hij het leven voor als een spektakel en als poppenspel. Als titel zet hij het woord APOCALYPSEN onder de figuur die ons aankijkt en hij voegt een lang nauwkeurig getekend onderschrift toe: ‘Ik kwam in vervoering op de dag des Heeren, en ik hoorde achter mij een luide stem, als van een bazuin, zegge’. Niet meer in staat om te schilderen, concentreerde hij zich de laatste maanden volledig op een figurenalfabet, 26 letters waarvan hij er 23 voltooide. Zo’n figurenalfabet is een genre dat tot in de late middeleeuwen teruggaat, waarmee Grasmaijer zich op de valreep dus ook zelf nog in een oude kunstenaarstraditie plaatste. Twee van zijn makkers van de modeltekengroep maakten het af, Nico Heilijgers en Tom Eyzenbach. In het verloop van Grasmaijers letters blijft zijn levenslust tot bijna op zijn laatste dag afleesbaar. Naarmate het alfabet vorderde, werden zijn letters steeds complexer, voller en met meer en meer details arbeidsintensiever. Hij schoof de voltooiing ervan voor zich uit, hij wilde het einde uitstellen. De letters U en X kon hij niet meer afmaken, op 8 augustus 2017 overleed hij. 

• Pieterjan Grasmaijer ‘droombeelden van de groene kikker’. Gesigneerd: PJ 2017.

Spanning en erotische dreiging
Wanneer we naar het karakter en de ontwikkeling in het oeuvre van Grasmaijer kijken, is het vanaf het begin zowel in de tekeningen als in de schilderijen minutieus, trefzeker en gedetailleerd met steeds een vervreemdende inslag. Dikwijls ook speelt seksualiteit een rol. Met name enkele grote aquarellen en papier-maché figuren uit de jaren tachtig en begin negentig vormen een wat zoekende uitzondering. Invloeden van verschillende kanten dringen door in zijn werk, uiteenlopend van kubistische abstractie tot de sfeer van een kunstenaar als James Ensor. Sterk erotische beelden domineren zijn tekeningen en schilderijen vanaf midden jaren negentig waarbij de invloed van Melle Oldeboerrigter onmiskenbaar lijkt – al blijft Grasmaijer introvert met een veelheid van uiterst precies getekende of geschilderde figuraties. Melle wordt in de jaren zestig en zeventig een gevierd kunstenaar wiens schilderijen hoge prijzen opbrengen; Grasmaijer werkt vooral voor zichzelf, treedt niet naar buiten en verkoopt zijn tekeningen en schilderijen niet.

Het overgrote merendeel van het oeuvre van Pieterjan Grasmaijer staat los van wat er op maatschappelijk en politiek gebied om hem heen of op het wereldtoneel gebeurde. Hij bracht zijn eigen schepping in beeld waarin hij de meest vreemde wezens en verwrongen mensen met hun driften openlijk weergaf. Het is echter allesbehalve een onschuldig theater: soms misschien neutraal maar meestal vol spanning en erotische dreiging, al verpakt hij die soms ook vriendelijk. Midden jaren zeventig verbeeldde hij de ontvoering van Europa op zijn manier en misschien wel politiek geëngageerd. De oppergod Zeus heeft zich vermomd. Hier niet als een witte stier, maar als een woeste oeros. Europa heeft hij op de rug genomen en zij zit daar als de naakte onschuld, die weggeroofd is uit haar gezelschap dat we klein op de voorgrond zien. De agressie van de steigerende stier wordt nog versterkt door de vlammen die slaan uit het hoofd van de transgod. Het zeemonster in de rechterhand van Europa en het zeemeerminachtig wezen dat erdoor wordt achtervolgd zinspelen op de naderende verkrachting van de mooie jonge vrouw. Het monsterdier scheidt een reeks viseieren/kaviaar af. De staart van de meermin is een opengebarsten peulvrucht gevuld met erwten en onheilspellend is het doodshoofdmasker dat ze draagt. De kleine zandloper die Europa in haar linkerhand ophoudt, duidt erop dat het niet lang zal duren voor de god der goden zijn zin zal krijgen. 

Jheronimus Bosch Art Center
Jeroen Boschplein 2
5211 ML ’s-Hertogenbosch
+31 (0)73 612 68 90
www.jheronimusbosch-artcenter.nl

De tentoonstelling Pieterjan Grasmaijer (1950-2017), tekenende schilder is te zien van 2 april 2023 t/m 7 januari 2024. Bij de tentoonstelling verschijnt het boek Pieterjan Grasmaijer (1950-2017), tekenende schilder. Geschreven door Tom Eyzenbach, Jos Koldeweij, Ella Vervelde en Saskia de Bodt. 176 pagina’s, rijk geïllustreerd, ISBN 9789082586183.

Vind alles op het gebied van

Verhalen en bevindingen in wat er vroeger allemaal heeft plaatsgevonden in musea, archieven en bibliotheken.

Alles op het gebied van opgravingen, tentoonstellingen, depots  en bijzondere bodemvondsten.

Wat gebeurt er op het gebied van oude, hedendaagse / eigentijdse kunst in musea, beurzen, beeldentuinen en galeries.

Hoe vind ik een fraai voorwerp voor mijn interieur of collectie, waar laat ik deze stukken taxeren / restaureren. 

Alle thema's